Néerlandais modifier

Étymologie modifier

Composé de la particule séparable aan et du verbe melden (« mentionner »).

Verbe modifier

Présent Prétérit
ik meld aan meldde aan
jij meldt aan
hij, zij, het meldt aan
wij melden aan meldden aan
jullie melden aan
zij melden aan
u meldt aan meldde aan
Auxiliaire Participe présent Participe passé
hebben aanmeldend aangemeld

aanmelden \Prononciation ?\ transitif

  1. Annoncer.
    • Zich bij iemand aanmelden.
      Se présenter chez quelqu’un.
  2. Signaler.
    • U kunt een misdrijf bij de politie anoniem aanmelden.
      Vous pouvez signaler tout délit de manière anonyme à la police.

Antonymes modifier

Dérivés modifier

Taux de reconnaissance modifier

En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
  • 98,6 % des Flamands,
  • 99,4 % des Néerlandais.

Prononciation modifier

Références modifier

  1. Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]