Accueil
Au hasard
Se connecter
Configuration
Faire un don
À propos du Wiktionnaire
Licence
Rechercher
Catégorie
:
Verbes faibles (-t) en néerlandais
Langue
Suivre
Modifier
Pages dans la catégorie « Verbes faibles (-t) en néerlandais »
Cette catégorie comprend 84 pages, dont les 84 ci-dessous.
A
aanbotsen
aanbouten
aandikken
aanpassen
aanplanten
aanraken
achten
afmaken
afzetten
B
balken
bedekken
beslissen
besmetten
bevatten
bijten
bijwerken
blaten
blussen
bouten
D
danken
dansen
dempen
drenken
E
etsen
F
fietsen
G
gapen
groeten
grondvesten
gutsen
H
haasten
haken
harken
hervatten
hikken
hinniken
hoogachten
hopen
huisvesten
hurken
I
ijken
inblikken
inboeten
indekken
ineenzetten
inenten
inhaken
K
kappen
kenmerken
kraken
krijten
kweken
kwetsen
L
laken
M
minachten
mokken
N
neuken
niesen
O
ontsnappen
oplossen
oprapen
oprichten
opscheppen
P
pakken
plaatsen
plukken
poepen
polijsten
poten
R
racen
raken
rijpen
S
schatten
scheppen
schetsen
schrappen
slachten
slikken
slopen
smeken
snappen
snurken
splitsen
W
wassen
Z
zakken