Néerlandais modifier

Étymologie modifier

Composé de regen (« pluie ») et de worm (« ver »).

Nom commun modifier

Nombre Singulier Pluriel
Nom regenworm regenwormen
Diminutif regenwormpje regenwormpjes
 
Een regenworm.

regenworm masculin

  1. Lombric, ver de terre.
    • In natte perioden leidt een toenemende activiteit van hoge aantallen regenwormen tot negatieve veranderingen van de bodemstructuur in aardappelruggen.
      La traduction en français de l’exemple manque. (Ajouter)

Synonymes modifier

Taux de reconnaissance modifier

En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
  • 99,2 % des Flamands,
  • 99,3 % des Néerlandais.

Prononciation modifier

Voir aussi modifier

  • regenworm sur l’encyclopédie Wikipédia (en néerlandais)  

Références modifier

  1. Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]