speling
Néerlandais modifier
Étymologie modifier
Nom commun modifier
speling \Prononciation ?\ féminin
- Jeu, caprice.
- de spelingen van licht en schaduw
- les jeux de l’ombre et de la lumière
- een speling van het lot
- un caprice du destin
- de spelingen van licht en schaduw
- (Technique) Jeu.
- er zit speling in het stuur
- il y a du jeu dans la direction
- er zit speling in het stuur
- Marge.
- we hadden een kwartiertje speling om van de trein op de boot over te stappen
- nous avons eu un quart d’heure de battement pour aller du train au bateau
- we hadden een kwartiertje speling om van de trein op de boot over te stappen
Synonymes modifier
- jeu, caprice
- jeu (sens technique)
- marge
Taux de reconnaissance modifier
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 93,6 % des Flamands,
- 97,6 % des Néerlandais.
Prononciation modifier
→ Prononciation manquante. (Ajouter)
- (Région à préciser) : écouter « speling [Prononciation ?] »
Références modifier
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]