teruggave
Néerlandais modifier
Étymologie modifier
Nom commun modifier
| Pluriel |
|---|
| teruggaven |
teruggave \Prononciation ?\ ou teruggaaf féminin/masculin
- Restitution, rétrocession.
- de teruggave van de belasting
- la remise de l’impôt
- een eis tot teruggave
- une demande de restitution
- de teruggave van inbeslaggenomen goederen
- la restitution des objets saisis
- de teruggave van Hongkong aan China
- la rétrocession de Hongkong à la Chine
- de teruggave van de belasting
Taux de reconnaissance modifier
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 98,3 % des Flamands,
- 98,7 % des Néerlandais.
Prononciation modifier
- (Région à préciser) : écouter « teruggave [Prononciation ?] »
Références modifier
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]