uittreksel
Néerlandais modifier
Étymologie modifier
- Composé de uittrekken et du suffixe -sel.
Nom commun modifier
uittreksel \Prononciation ?\ neutre
- Extrait, abrégé.
- uittreksel uit het register van de burgerlijke stand
- extrait du registre d’état civil
- een uittreksel uit het bevolkingsregister
- un bulletin d’état civil
- een uittreksel uit het geboorteregister
- un extrait de naissance
- uittreksel uit het register van de burgerlijke stand
- (Cuisine) Extrait (culinaire).
Synonymes modifier
- abrégé
- extrait culinaire
Taux de reconnaissance modifier
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 97,2 % des Flamands,
- 94,2 % des Néerlandais.
Prononciation modifier
- Pays-Bas : écouter « uittreksel [Prononciation ?] »
Références modifier
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]