ingesloten
Néerlandais modifier
Étymologie modifier
- Participe passé de insluiten (inclure).
Adverbe modifier
ingesloten \Prononciation ?\
- Ci-joint, ci-inclus.
hierbij ingesloten sturen wij u...
- veuillez trouver ci-inclus...
hierbij ingesloten copie van uw brief
- ci-inclus copie de votre lettre
Adjectif modifier
ingesloten \Prononciation ?\
- Ci-joint, ci-inclus
de hierbij ingesloten stukken
- les pièces ci-incluses
de ingesloten brief
- la lettre ci-jointe
Synonymes modifier
Forme de verbe modifier
ingesloten \Prononciation ?\
- Participe passé du verbe insluiten.
Prononciation modifier
- (Région à préciser) : écouter « ingesloten [Prononciation ?] »