toevalligheid
Néerlandais modifier
Étymologie modifier
Nom commun modifier
toevalligheid féminin
- Contingence, circonstance, accident, hasard.
de toevalligheden van het leven
- les contingences de la vie
de gewone toevalligheden
- les vulgaires contingences
Synonymes modifier
Taux de reconnaissance modifier
- En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
- 94,0 % des Flamands,
- 100,0 % des Néerlandais.
Prononciation modifier
- (Région à préciser) : écouter « toevalligheid [Prononciation ?] »
Références modifier
- ↑ Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]