Étymologie

modifier
Composé de echt et de scheiding.

Nom commun

modifier
Pluriel
echtscheidingen

echtscheiding \Prononciation ?\ féminin

  1. Divorce.
    • een verzoek tot echtscheiding indienen : introduire une demande en divorce.
    • echtscheiding door onderlinge toestemming : divorce par consentement mutuel.

Synonymes

modifier

Taux de reconnaissance

modifier
En 2013, ce mot était reconnu par[1] :
  • 97,9 % des Flamands,
  • 98,7 % des Néerlandais.

Prononciation

modifier

Références

modifier
  1. Marc Brysbaert, Emmanuel Keuleers, Paweł Mandera et Michael Stevens, Woordenkennis van Nederlanders en Vlamingen anno 2013: Resultaten van het Groot Nationaal Onderzoek Taal, Université de Gand, 15 décembre 2013, 1266 p. → [lire en ligne]